Commerciële schrijfwijzer

Schrijven & spellen

Voor een eenduidige uitstraling van onze teksten, hebben we een aantal afspraken vastgelegd over schrijfwijzen. Om het betrouwbare imago van Visma te waarborgen, is het belangrijk dat we ons consequent aan deze schrijfwijzen houden. 

Er zijn afspraken gemaakt over de volgende onderwerpen:

Heb je twijfels over de spelling van een bepaald woord? Je kan het altijd opzoeken op een van deze betrouwbare sites: 

Woorden zonder meervoud zoals functionaliteit

Er zijn woorden zonder meervoud, zoals: functionaliteit.

Fout

Goed

Functionaliteiten

Functionaliteit

Fricties

Frictie

Rapportages

Rapportage

Aan elkaar, los of met verbindingsstreepje?

In het Nederlands schrijf je samenstellingen van woorden vrijwel altijd aan elkaar. Het verbindingsstreepje gebruiken wij alleen als dit de officiële spelling is of als het nodig is voor de leesbaarheid van een woord. 

Uitzondering: Online

Alles met ‘online oplossing’ en ‘online module’ los schrijven! Let op: Dit is tegen de geldende regels in.

Samenstellingen met Visma-producten

Bij samenstellingen van productnamen en van Visma (als eigennaam van het bedrijf op zich) gebruiken we een koppelteken. Daarom is het 'Visma-teksten', Visma.net-partners en 'AccountView-module'.


 

Aan elkaar:

Verbindingsstreepje:

Los:

Adviesuren Alles-in-één-cloudoplossing  Online oplossing
Backup E-learning Onderhanden werk
Brancheoplossing Een-na-laatste

Social media

Cloudoplossing Hrm-software

Vaste activa 

Onderhandenwerkpositie

Start-up, lay-out, pay-off 

Realtime accounting
Realtime Up-to-date  
Socialmediapagina Vasteactiva-krediet  
Updateprocedure Credit-controltermijnen  
Weboplossing    
E-commercebedrijven    

Voorzetsels

Los of aan elkaar?

De bijwoorden er/hier/daar/waar worden meestal aan een voorzetsel vast geschreven.

Correct is dus: erbij staan, ernaar kijken, ervan leren, etc. 

Wel of niet aan een werkwoord vast?

Als een voorzetsel onderdeel is van een werkwoord, mag het niet aan er of een ander voorzetsel vast worden geschreven.

Voorbeeld 1: Ik tel de kosten erbij op. (Op hoort bij het werkwoord optellen, erbijop is dus niet goed.)

Voorbeeld 2: Ik ga ervan uit dat u akkoord bent met deze regeling. (Uit hoort bij het werkwoord uitgaan en blijft daarom los staan van ervan.) 

Wat of dat?

Voorbeeld:

Dankzij deze add-on kunnen support- en klantenservicemedewerkers hun werk gewoon doen vanuit het systeem dat/wat zij prettig vinden.

Meer uitleg vind je hier

Vragen of opmerkingen?

Heb je nog vragen of mis je iets? Neem dan contact op met de afdeling Communicatie, [email protected] of loop even langs!